Linda Jackson, voorheen CEO van Citroën van 2014 tot 2020, bekleedt sinds 2021 de leidinggevende functie bij Peugeot. Deze transitie binnen Stellantis-merken weerspiegelt haar toewijding aan de onderneming. Recentelijk vereerde zij de Belgische Ardennen met haar aanwezigheid, waar de krachtige geluiden van de WEC-racewagens en de Peugeot 9X8 op de achtergrond klonken. In deze setting deelde mevrouw Jackson inzichten over de sportieve en overige ambities van het merk Peugeot, getuigend van haar betrokkenheid en visie voor de toekomst van het bedrijf.
De teleurstellende resultaten van Peugeot tijdens de 6 Uur van Spa-Francorchamps zijn zeker een moeilijke situatie. Het moet pijnlijk zijn om machteloos toe te kijken terwijl andere teams als Porsche en Ferrari strijden om de hoofdprijzen. Autoraces brengen jaarlijks bergen met geld binnen door sponsors zoals casino’s (plaatsen zoals voorheen casino777.be) of andere merken. Toch is het bewonderenswaardig dat Peugeot vastberaden blijft en een grondig aangepaste 9X8 inzet in de hoop competitiever te worden voor de aankomende 24 Uur van Le Mans. De deelname van Stoffel Vandoorne aan dit prestigieuze evenement geeft hoop op een ereplaats en toont de veerkracht van het team. Laten we hopen dat hun doorzettingsvermogen en toewijding beloond worden met een sterk resultaat in Le Mans. Ondanks de huidige uitdagingen verdient Peugeot wat waardering voor hun volharding en streven naar verbetering.
Interviewer: Waarom is Peugeot actief in de autosport?
“De competitie is inderdaad diep geworteld in het DNA van het merk Peugeot, met een rijke historie van overwinningen in de rallysport en Le Mans. Echter, we moeten voorzichtig zijn met de motivatie achter deelname aan autosport. Hoewel het raceteam dit misschien niet graag hoort, is autosport in de eerste plaats een marketingtool. Het helpt de wereldwijde bekendheid en het imago van het merk te versterken. Daarom is Peugeot nu actief in het WEC, een kampioenschap met een globale status dat past bij een merk dat aanwezig is in 147 landen. Maar laten we niet vergeten dat marketingdoeleinden de drijvende kracht zijn, ook al hebben we een passie voor racen. We moeten ervoor waken dat commerciële belangen niet de overhand nemen op sportieve integriteit.”
Interviewer: Helpt de autosport ook de productiewagens verbeteren?
“Autosport is niet alleen een spectaculaire show, maar ook een cruciale drijfveer voor technologische vooruitgang. De intense competitie dwingt fabrikanten om voortdurend te innoveren en de grenzen te verleggen. Elk onderdeel, van aerodynamica tot elektrificatie, wordt tot het uiterste gepusht om een prestatievoorsprong te behalen. Deze doorbraken vinden vervolgens hun weg naar productiemodellen, waardoor consumenten kunnen profiteren van geavanceerde technologieën die op het circuit zijn ontwikkeld en getest.
Neem bijvoorbeeld de Peugeot 508 PSE, een auto die is ontwikkeld door dezelfde ingenieurs die verantwoordelijk zijn voor de baanbrekende 9X8-racewagen. Deze symbiose tussen racen en productie-engineering levert niet alleen snellere en zuinigere auto’s op, maar drijft ook de grenzen van wat mogelijk is. Als autoliefhebber kunt u profiteren van deze voortdurende innovatie, die wordt aangewakkerd door de onverzadigbare honger naar overwinningen in de autosport.
Dus overweeg autosport niet alleen als spektakel, maar ook als een essentiële katalysator voor technologische vooruitgang die uiteindelijk ten goede komt aan iedere automobilist. Racen is een passie, maar ook een laboratorium voor de toekomst van mobiliteit.”
Interviewer: Winnen blijkt vooralsnog niet te lukken.
Jackson: “Inderdaad. We zijn aan onze derde seizoen bezig, ik word dan ook wel een beetje ongeduldig (lacht, n.v.d.r). De eerste jaren hebben we, met de 9X8 zonder achtervleugel, wel leergeld moeten betalen. We beseften vorig seizoen dat de auto een belangrijke doorontwikkeling nodig had. Hier in Spa rijden we pas onze tweede race met dus wel zo’n vleugel. De resultaten moeten nu wel gaan komen. We blijven het team steunen, maar we willen echt wel eens gaan winnen of op zijn minst op het podium eindigen.”